h

Voor een socialistische republiek!

7 april 2015

Voor een socialistische republiek!

27 april aanstaande staat onze stad Dordrecht in het centrum van de belangstelling. Voor veel inwoners van Dordt, en van Nederland is koningsdag vooral een feestdag. Muziek, vrijmarkten, drinken. Voor het gemeentebestuur is het een mooie - maar wel heel dure - manier om de stad (en zichzelf) te promoten. Met alle dagelijkse problemen van de crisis is iedereen een dag feest natuurlijk van harte gegund, maar het is wel goed om stil te staan bij de vraag waarom we eigenlijk een koning hebben, wat voor rol die speelt in de staat en de maatschappij, en of het niet anders zou moeten.

 

Voor socialisten is het hele idee van een koning natuurlijk absurd. Wij staan voor gelijke kansen voor iedereen, ongeacht in welke wieg je geboren bent. Dat je alleen door het oudste kind van de vorige koning of koningin te zijn met voorrechten overladen wordt, past daar zachtjes gezegd niet in.

 

Kosten

Veel mensen struikelen over de kosten. Voor het vieren van de verjaardag van de koning geven provincie en gemeente iets van 700.000 euro uit. We hebben het over een bezoek dat ongeveer drie uur duurt, en dat even veel kost als waar sommige mensen in Nederland een leven lang van rond moeten komen. Ter vergelijking: voor het drie dagen durende Big Rivers festival, waar 150.000 bezoekers komen heeft de gemeente ieder jaar iets minder dan 100.000 over - en daar wil men dan nog op bezuinigen.

Uiteraard is koningsdag maar een kleine kostenpost vergeleken met wat Nederland iedere jaar aan de monarchie uitgeeft. Volgens een berekening van NRC Handelsblad in 2014 iets van minstens 110 miljoen euro per jaar.

 

Hoe kwamen we aan een monarchie?

Een veel groter probleem is echter de rol van de monarchie in de grondwet en in de maatschappij. Tweehonderd jaar geleden had de strijd voor een liberale, democratische republiek, die een hoogtepunt had gehad met de Franse revolutie in 1795, en in Nederland met de instelling van de Bataafse republiek in 1798 een tijdelijke nederlaag geleden. Adel, grootgrondbezitters, de katholieke kerk, en de rijkste handelaren en speculanten concentreerden de macht weer in hun handen. Op een congres in Wenen, waar de dienst werd uitgemaakt door de Russische Tsaar, de Duitse en Oostenrijkse keizers, de Britse koning en een hele verzameling van mindere potentaatjes met fraaie adellijke titels werd besloten dat overal in Europa iedere vorm van democratie en republiek de nek omgedraaid moest worden.

Nederland was een republiek geweest sinds de tijd dat we ons van de Spaanse koning hadden vrijgevochten. Nu werd in Wenen besloten dat ook ons land maar weer een monarchie moest worden. Om een buffer te vormen tegen Frankrijk werd ook België aan Nederland vastgeplakt, en voorwaar het Koninkrijk der Nederlanden was geboren.

De koning kreeg het voor het zeggen. Wel kwamen er een Eerste en een Tweede kamer - gekozen door een uiterst beperkt groepje rijke mensen en grondbezitters. En vooral gekozen op verschillende momenten en manieren, zodat zelfs deze elitaire clubjes tegen elkaar uitgespeeld konden worden en de uitvoerende macht, oftewel de koning, het alleen voor het zeggen zou houden. Om er helemaal zeker van te zijn dat er nooit wat zou veranderen werd bepaald dat de grondwet alleen aangepast zou mogen worden met minimaal twee-derde van de stemmen. Zelfs met zo'n overweldigende meerderheid zou een aanpassing nog geen wet worden, zonder tussentijdse verkiezingen en dan nog een stemming. Deze beperkingen gelden tot op de dag van vandaag en maken mede dat er van een echte democratie in Nederland geen sprake is.

 

Veranderingen afgedwongen

Toch zijn er sinds die tijd wel veranderingen gekomen. Echter nooit alleen door ontwikkelingen in het parlement of verkiezingen. In 1830 kwam België in gewapende opstand, en vocht zich naar onafhankelijkheid. In 1848 waren er in heel Europa revolutionaire bewegingen. Het was het jaar waarin Karl Marx en Friedrich Engels het Communistisch Manifest publiceerden. Uit angst voor ook een revolutie in Nederland stond koning Willem II een flinke uitbreiding van het kiesrecht toe - tot in ieder geval alle mannen (ja, alleen mannen) met geld en vermogen. Ook werd de macht van de koning enigszins ingeperkt, en kwamen rechten als recht op demonstratie en vrijheid van meningsuiting in de grondwet.

Een volgende grote verandering in de Nederlandse staat kwam tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog. De strijd om afzetmarkten en koloniën van de verschillende kapitalistische grootmachten had de wereld in een vier jaar durende slachting gestort, waarin tientallen miljoenen om het leven kwamen. Nederland was neutraal, maar de gewone bevolking leed flinke ontberingen, terwijl wapenhandelaren en speculanten zich verrijkten.

In 1917 werd Rusland het eerste land ter wereld waar gewone arbeiders en boeren zich verenigden om een einde te maken aan de dictatuur van de Tsaar (de keizer) en het kapitalisme. In elk dorp, in elke fabriek, in ieder legeronderdeel kozen boeren, arbeiders en soldaten hun afgevaardigden in een raad (in het Russisch 'sovjet'), die weer afgevaardigden kozen naar een nationaal congres van sovjets.

De revolutie in Rusland inspireerde arbeiders in de hele wereld. Uit angst voor verbreiding van de revolutie waren ook de Nederlandse heersers gedwongen concessies te doen en kregen we eindelijk algemeen kiesrecht voor mannen en vrouwen, maar ook bijvoorbeeld de achturige werkdag.

 

Is Nederland democratisch?

Is Nederland vanaf 1918 nu een echte democratie? Doet de monarchie er niet meer toe? Is het alleen nog maar symbolisch? Om te beginnen moet gezegd worden dat zolang er enorme verschillen in rijkdom zijn er nooit sprake kan zijn van echte democratie. Als de grote meerderheid van de bevolking zich dag en nacht bezig moet houden met hoe de volgende maand weer rond te komen, dan wordt de dienst uitgemaakt door de mensen die comfortabel leven, en die de rust en het geld en de connecties hebben om politieke invloed te verwerven.

Ook de rol van koning in de grondwet is niet verdwenen. De koning leidt de formatie van de regering. Officieel benoemt en ontslaat hij ministers zelfs naar believen. Geen wet kan rechtsgeldig worden, zonder de handtekening van de koning. De koning is ook nog eens voorzitter van de Raad van State, het belangrijkste rechtscollege van het land.

Maar dit is toch allemaal symbolisch? In gewone tijden natuurlijk wel, maar in tijden van crisis van kan het koningshuis wel degelijk ingezet worden tegen maatschappelijke verandering. Een voorbeeld uit het buitenland is het afzetten van een (relatief linkse) sociaaldemocratische premier van Australië door de Britse kroon in de zeventiger jaren (Australië valt nog steeds onder het Britse koningshuis).

 

Wilhelmina en Bernhard

In Nederland zag koningin Wilhelmina na de Tweede Wereldoorlog de democratie niet meer zitten en streefde naar een dictatuur onder leiding van Prins Bernhard, de grootvader van de huidige koning. Omdat dat op dat moment niet in het belang van de machthebbers was, ging het feest niet door. Later wilde Bernhard nog eens zijn vrouw Juliana krankzinnig laten verklaren - toen ze onder invloed van gebedsgenezeres Greet Hofman pacifistische ideeën verkondigde die in de sfeer van de koude oorlog met de Sovjetunie niet van pas kwamen. Ook hiervoor was toen het verzet te groot.

 

Bang om de waarheid te zeggen?

Wie strijd voor echte democratie en gelijkheid voor iedereen kan niet serieus genomen worden, als je de positie van een ongekozen staatshoofd niet ter discussie wil stellen. Sommige mensen roepen dat we het maar niet over de monarchie moeten hebben, omdat die nu eenmaal "populair" is. In de praktijk blijkt onveranderlijk dat de mensen die zo'n gebrek aan ruggengraat hebben dat ze weigeren op te komen voor een principieel standpunt, dat die ook als eerste akkoord gaan met bezuinigingen en verslechteringen "omdat we nu eenmaal compromissen moeten sluiten". Een principiële en uitgesproken stellingname tegen een erfelijk staatshoofd onderscheidt de echte socialist van de salonvariant.

 

Een president dan maar?

Is het alternatief dan een president? Wie om zich heen kijkt naar kapitalistische landen, als de VS of Frankrijk, of het Rusland van Poetin, met een president kan daar ook niet vrolijk van worden. Hier is het niet de adellijke titel die je van je ouders hebt meegekregen die je kansen bepalen, maar het geld en het kapitaal dat je hebt geërfd. Of in echt heel uitzonderlijke gevallen zelf verworven. Om president van de VS te worden moet je honderden miljoenen investeren. Als je het niet zelf hebt, dus niet zelf een grote ondernemer bent, dan moet je het van andere grote ondernemers krijgen. En dus dansen de Amerikaanse presidenten, of ze nu Republikein zijn of Democraat, of ze nu zwart zijn of blank, naar het pijpen van het grootkapitaal.

Het nadeel van een direct gekozen president is ook dat hij - gekozen met een hoop geld - vervolgens een enorme macht krijgt ten opzichte van de volksvertegenwoordiging, het parlement, met daarbij het prestige van persoonlijk gekozen te zijn. Op die manier is een republiek minder democratisch dan een constitutionele democratie.

Als je al een president zou willen, dan zou je die moeten laten kiezen door het parlement, zoals in Duitsland of Italië. Maar wat is dan de toegevoegde waarde? Het echte alternatief voor een koning is niet een president, maar simpelweg: géén koning. Een staat is geen lichaam, en heeft derhalve ook geen hoofd nodig. Maar belangrijker is dat iedereen niet alleen juridisch gelijk is, maar dat ook het verschil tussen rijk en arm wordt opgeheven. Doordat we de economie inrichten om de behoeften van mensen te vervullen, en niet de winsten van een kleine groep grote ondernemers en bankiers.

 

Vrijmarkt op de Dag van de Arbeid

In de toekomst kan koningsdag vervangen worden door de Dag van de Republiek. Of door de Dag van de Arbeid op 1 mei natuurlijk. Compleet met muziekfestivals en vrijmarkt. Maar zonder terrasverbod in Dordrecht. Mochten sommige mensen toch behoefte hebben aan een persoon die ze toe willen juichen, dan kunnen we dat net zo op lossen als met carnaval. Met carnaval wordt in iedere plaats een prins gekozen. Laat straks ieder jaar de oranjeverenigingen (of de carnavalsverenigingen) ook een koning kiezen. Zolang die maar geen plaats heeft in de grondwet of het staatsbestuur.

 

Reacties

Een aardig artikel, maar naar mijn idee kloppen bepaalde zaken niet helemaal. Ronald Portier doet het hier voorkomen alsof de revolutie in Rusland arbeiders in de hele wereld inspireerde. Dat is natuurlijk lariekoek. En al helemaal onzin is het idee dat uit angst voor verbreiding van de revolutie ook de Nederlandse heersers gedwongen waren om concessies te doen met als resultaat algemeen kiesrecht.

De meeste arbeiders wisten niet eens dat er in 1917 een revolutie gaande was. Ze lazen geen kranten en ook al konden ze die kopen, dan waren ze te moe om deze te lezen. Het algemeen kiesrecht zou er ook gekomen zijn zonder Russische revolutie. Bewijs hiervoor is dat vanuit veel westerse landen de revolutie bestreden werd. De burgeroorlog tussen de Roden en de Witten werd gevolgd door het westen. Wat betreft de achturige werkdag:
Op 1 mei 1886, op de Dag van de Arbeid, demonstreerde in de Verenigde Staten al een half miljoen mensen voor invoering daarvan.

In 1911 werd er in Nederland gedemonstreerd en in 1919 diende de toenmalige Nederlandse minister van Arbeid, Piet Aalberse, de wet aangaande achturige werkdag in. De wet werd op 11 juli 1919 aangenomen.

Ook het verhaal over de koning verdient enige nuancering. De koning heeft sinds kort niet meer de leiding in de formatie. Die heeft de Kamer nu zelf in handen genomen. Dat was bij de laatste verkiezingen al zo. Dat neemt niet weg dat de koning nog steeds te veel macht heeft.

In onze grondwet staat dat iedereen gelijk is. Dat is nota bene het eerste artikel. In de praktijk staat de koning nog steeds boven het volk. Je meg de koning bijv. niet beledigen.

Ten slotte denk ik wel dat het socialistische systeem in Rusland de vrijheden van de arbeider iets hebben vergroot, maar van een directe invloed was geen sprake. Aan de andere kant zou je op grond van het feit dat sinds de ineenstorting van de Sovjet Unie de democratie in het westen in waarde heeft ingeboet, toch wel enig verband vermoeden. Misschien, maar 100 % aantoonbaar is dat niet. Het proces van ontdemocratisering is al langer aan de gang. De geschiedenis zal ooit uitwijzen van het keerpunt was.

Beste Timon,

 

Bedankt voor je reactie. Je bent het niet in alles met me eens. Dat is prima. Op één ding wil ik ingaan.

Je zegt dat het "lariekoek" is dat de Russische revolutie arbeiders over de hele wereld inspireerde. Wel, binnen een jaar na die revolutie waren de oude keizerrijken van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije ten onder gegaan. Overal vormden zich raden van arbeiders, matrozen, soldaten. Een tijd waren er sovjet-republieken in Beieren en Hongarije.

Helaas hadden de meeste arbeiders nog zoveel vertrouwen in de traditionele sociaal-democratische partijen, dat die er in slaagden het kapitalisme overeind te houden. Ook maakten de revolutionairen in o.a. Duitsland en Hongarije fouten van een ultra-links karakter - tegen de adviezen van de Russische socialisten in - waardoor ze steun verloren onder boeren en de middenklasse,

In Nederland had de heersende klasse ook aardig de schrik in de benen. De liberale burgemeester van Rotterdam - Zimmerman - nam contact op met de plaatselijke SDAP om te overleggen hoe de machtsoverdracht het meest ordelijk kon verlopen!

De oproep tot revolutie door Troelstra werd door de arbeiders echter terecht niet serieus genomen. Vier jaar lang had de SDAP verkondigd dat er van sociale strijd tijdens de oorlog geen sprake kon zijn. De oorlogswinstmakers lachten in hun vuistje, terwijl de bevolking armoede leed. En dan nu als een duveltje uit een doosje een oproep tot revolutie. En dat niet onder de arbeiders of op de straat, maar in het parlement...

Maar het succes van de Russische Revolutie dwong de heersende klasse wel degelijk tot concessies. Daarom in 1919 een achturige werkdag. Zoals jezelf al opmerkte waren demonstraties sinds 1886 genegeerd. Maar nu deed de vrees voor de mogelijke macht van de arbeiders ineens wonderen.

En dat laatste laat zien dat we ook vandaag de dag grote concessies kunnen bereiken, als we ons niet willen beperken tot wat de traditionele partijen "realistisch" of "verantwoord" vinden, maar als we de strijd aangaan.

 

 

 

 

Reactie toevoegen

(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.
(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.

U bent hier